Hoofdstuk 3: Religie
Eén ding weten we zeker: als historisch figuur heeft God echt bestaan. Je kunt Hem aanbidden of je kunt Hem niet aanbidden. Daar ben je vrij in, want België is een vrij land (zie hoger) en godsdienstvrijheid is een grondrecht dat wordt gewaarborgd door de Belgische Grondwet (zie Belgische Grondwet, artikel zoveel of zoveel).
Ook in de Bijbel staan passages die het lezen meer dan waard zijn. Passages die het lezen minder dan waard zijn, sla je gewoon over. Elk boek heeft zijn hoogte- en laagtepunten. Dat geldt voor de Bijbel, maar evengoed voor de Koran, de Tenach, de Tripitaka, de I Tjing, de Bhagavat-Gita en Zomerhuis met zwembad. Zelfs onderhavige levensgids van Het Leven.doc bevat fragmenten waarvan je denkt waar gaat dit over. Ik heb trouwens nog bij de scouts gezeten, vroeger.
‘Vroeger was het simpel.’
(Jelle De Beule)
Voor de rest valt er eigenlijk niet ontzettend veel te zeggen over religie. Het is typisch zo’n onderwerp waarover je binnen de vijf minuten bent uitgepraat. Gelukkig kan zwijgen ook leuk zijn.
Kort samengevat, want dat begint hier al donker te worden:
- Zwijgen over religie is leuk.
- Plechtige communicanten worden ook wel ‘vormelingen’ genoemd. Een grappig woord, als je erbij stilstaat. Niet súpergrappig, maar toch.
- Heb je onverhoopt een boeddhistische moeder? Raak dan nooit haar haar aan. Ze vindt dat niet tof en er zijn op de wereld genoeg andere dingen om aan te raken. Bijvoorbeeld zand.